Vereniging van adviesraden die de lokale overheid adviseren vanuit het inwonersperspectief

Hoe krijg je de werelden van stenen en harten bij elkaar?

“We hebben woningen nodig voor mensen uit beschermd wonen en de opvang. Maar wat voor woningen, daar is geen antwoord op.” Deze ogenschijnlijke simpele vraag van een gemeentelijk beleidsmedewerker wonen hoorde ik onlangs tijdens een congres. Maar waarom is het dan zo moeilijk deze vraag te beantwoorden?

Door Susan van Klaverenmaandag 2 november 2020

Voordat ik daarop inga, eerst even een stapje terug. Waar komt deze vraag vandaan? In het gezaghebbende advies van de commissie Toekomst Beschermd Wonen – ook wel de commissie Dannenberg genoemd – was, naast onder meer een zinvolle daginvulling en sociale contacten, wonen een belangrijk element. De commissie riep op tot meer betaalbare woningen voor de doelgroep én een palet aan woonvormen. Vandaar de vraag vanuit het sociaal domein om meer én ook andere woningen voor deze groep mensen.

En dan begint de zoektocht. Want wat is nodig? Wat is dat palet aan woonvormen precies? Om hier antwoord op te kunnen geven, moeten de werelden van wonen en zorg samen komen. De werelden van het sociaal domein en de ruimtelijke ordening. Van gemeenten, woningcorporaties en zorgorganisaties. Deze partijen moeten het met elkaar eens zijn in hun visie op ‘goed wonen’, want dat geeft richting aan het palet dat ontwikkeld moet worden. Vaak ontbreekt deze gezamenlijkheid echter. Slechts een kwart van de gemeenten heeft een woonzorgvisie. En dat leidt geregeld tot irritatie: de neuzen staan niet dezelfde kant op en door verschillen in taal en werk begrijpt men elkaar niet. Het is dan moeilijk om de energie vast te houden.

Een veel voorkomende valkuil is te denken vanuit het bestaande aanbod. Maar dan sluipt al snel de woonladdergedachte in het palet. Vanuit die gedachte worden woonvormen ontwikkeld die elkaar opvolgen, met een eigen woning bovenaan de ladder. Het is een structurering die bijdraagt aan een verscheidenheid aan woonvormen, maar die ook toegangspoortjes bevat van de ene woonvorm naar de andere. De eigen woning volgt pas na het eindexamen wonen.

En dat terwijl zelfstandig wonen in de wijk al jarenlang in tal van beleidsstukken en adviezen het uitgangspunt is. Maar let wel: zelfstandig voor wie dat wil. Voor 98 procent van de mensen in de opvang is dat zeker het geval. Maar voor mensen met een ernstige psychische kwetsbaarheid niet altijd: een deel van hen wil graag samen wonen met naasten of in de buurt van lotgenoten. Daarmee bestaat het palet niet alleen uit een ordening van stenen, fysieke woonvormen, maar ook uit het organiseren van ‘variatie’ door bijvoorbeeld het clusteren van woningen voor een bepaalde groep.

Om tot een passend palet te komen, moeten we dus terug naar de vraag. Welke woonbehoefte hebben mensen die lokaal uitstromen uit een instelling of de opvang? Wat is de tijdelijke vraag vanuit deze groepen, en welke is structureel? Deze uitkomsten moeten gematcht worden aan het aanbod: zijn er woonplekken voor economisch daklozen, voor jongeren die de stap naar zelfstandigheid nog net niet kunnen maken, voor mensen die zich thuis en gesterkt voelen door het wonen met lotgenoten?

Als partijen deze vragen in gezamenlijkheid beantwoorden, ontstaat een gedeeld beeld van de vraag én van daaruit een passend aanbod. En meer dan dat. Verschillende samenwerkingsverbanden in het land laten zien dat samen verkennen en duiden, bijdraagt aan het elkaar leren kennen, elkaars taal leren spreken en elkaar gaan begrijpen. Daarmee ontstaan de mooiste paletten. Dan zijn er geen mensen meer van de stenen of de harten, maar ontstaat een rijkdom aan woonvormen die we als kenniscentrum in geen enkele publicatie kunnen vangen.

Over de auteur: Susan van Klaveren is senior projectleider Platform31.

Experiment Weer Thuis
Het organiseren van voldoende en geschikte woningen voor mensen met een (psychische) kwetsbaarheid is één van de thema’s van het experiment Weer Thuis, dat Platform31 in 2019 en 2020 uitvoert. Platform31 werkt hiervoor samen met vijf samenwerkingsverbanden van gemeenten, corporaties en organisaties voor zorg en welzijn. Aan het experiment nemen Breda, de regio Gooi- en Vechtstreek, ‘s- Hertogenbosch, Utrecht en Venlo deel. Samen ontwikkelen we handvatten voor de praktijk. Dit doen we door kennis te ontwikkelen in de leergemeenschap met de vijf samenwerkingsverbanden en verdiepend onderzoek. Om lokaal het gesprek te stimuleren en van handvatten te voorzien, heeft Platform31 dit najaar twee publicatie uitgebracht.

Deze blog verscheen eerder op de website van Platform31