Vereniging van adviesraden die de lokale overheid adviseren vanuit het inwonersperspectief

Het effect van armoede op de ontwikkeling van het kinderbrein

Ongeveer een op de tien kinderen in Nederland leeft in armoede. Kinderen die opgroeien in armoede voelen zich niet alleen ongelukkiger, maar doen het ook vaker slecht op school, kunnen zich minder goed concentreren en hebben vaker gedragsproblemen dan kinderen uit welvarender gezinnen.

 

 

Door Mirre Stallendinsdag 27 september 2022

Wetenschappers onderzoeken tegenwoordig of armoede de ontwikkeling van het brein beinvloedt. Als armoede invloed heeft op het gedrag en de gevoelens van kinderen, dan kan dit immers zichtbaar zijn in de hersenen, is de veronderstelling. De resultaten van deze studies tot nu toe zijn opmerkelijk: het brein van kinderen die in armoede leven, ziet er inderdaad deels anders uit dan van kinderen die dat niet doen. De verschillen zijn het grootst in hersengebieden die betrokken zijn bij het geheugen, taal en zelfcontrole. De hippocampus bijvoorbeeld (een geheugengebied) blijkt gemiddeld iets kleiner te zijn bij arme kinderen. Een verschil dat verminderde schoolprestaties beter doet begrijpen.

Plastisch

Zijn deze effecten van armoede in het brein onherstelbaar of kunnen deze structuren in de hersenen zich weer aanpassen en kan blijvende schade zo mogelijk worden voorkomen? Gelukkig zijn hersenen plastisch en zijn zij dat met name in de kindertijd. Maar bovenstaande inzichten blijven alarmerend. Zelfs al kunnen de hersenen geleden schade later herstellen, niet kunnen meekomen op school of niet lekker in je vel zitten, ook al is het tijdelijk, is niet goed voor het zelfvertrouwen van een kind en kan sociale uitsluiting bevorderen.

Maatwerk

Neuropsychologisch onderzoek kan helpen beter maatwerk te ontwikkelen door te laten zien welke specifieke mentale processen door armoede worden beïnvloed tijdens de ontwikkeling. Deze kennis is relevant voor de ontwikkeling van gerichte interventies. De mooie breinfoto’s die het vaak oplevert, helpen daarbij extra. Zij maken de effecten zichtbaar en zijn daarmee voor beleidsmakers erg aansprekend*. Een enkel beeld komt nu eenmaal harder binnen dan een enkel woord. Maar het zou niet nodig hoeven te zijn. Dat tien procent van de kinderen in Nederland opgroeit in armoede, is per definitie al veel en veel te veel. 

*Adviesraadsleden die hierover meer willen weten kunnen contact opnemen Mirre Stallen (m.stallen@hva.nl).

Over de auteur:

Mirre Stallen is senior onderzoeker Lectoraat Armoede Interventies, Hogeschool van Amsterdam; Universitair docent Sociale, Economische en Organisatiepsychologie en onderzoeker Kenniscentrum Psychologie en Economisch Gedrag, Universiteit Leiden.